In onze geopolitieke wereld is het ondernemen aanzienlijk veranderd. De concurrentiekracht van onze bedrijven en industrie staat onder druk. Het is duidelijk dat we buiten onze landsgrenzen moeten leren denken. Uit gesprekken met werkgevers- en vakorganisaties blijkt dat de grootste knelpunten voor onze bedrijven met stip het nijpende tekort aan arbeidskrachten, de torenhoge loon- en energiekost én een kluwen aan administratieve regeltjes zijn. Daar moeten we dringend iets aan doen.
Onze bedrijven strijden met ongelijke wapens ten opzichte van bedrijven in het buitenland. Onze loonkost is hoog, veel te hoog; met voorsprong de hoogste ten opzichte van Frankrijk, Duitsland en Nederland. Deze kost is sinds 2014 onophoudelijk blijven stijgen waardoor de kloof nog dieper werd. Daarbovenop toont de reële productiviteit sinds 2020 een dalende trend in ons land. Logisch toch dat bedrijven over het muurtje van onze landsgrenzen gaan kijken?
Onze bedrijven strijden met ongelijke wapens ten opzichte van bedrijven in het buitenland.
Hoe zou je zelf zijn, als het gras inderdaad groener is aan de overkant? Al jaren verhuizen bedrijven hun depots net over de grens, waar een flexibeler arbeidsrecht geldt en waar nachtwerk aan een veel voordeliger tarief kan. Mede daarom moet deze regering werk maken van een modernere arbeidsmarkt. Gelukkig is dat ook exact wat ze gaan doen. De regels rond nachtarbeid worden versoepeld, de mogelijkheden rond de openingsuren verruimd en het regime van de flexi-jobs verder uitgebreid.